Publiek internet is zo’n twintig jaar onder ons. Er zal nu niemand meer zijn die de revolutionaire impact van het wereldwijde netwerk ontkent. We maken met zijn allen de beginfase mee van een ingrijpende periode van de geschiedenis. En we gaan er slordig mee om. We schrijven geschiedenis, maar leggen weinig vast. We kijken vooruit, maar vergeten terug te blikken. In theorie kan in een digitale wereld makkelijk en goedkoop bewaard worden, maar we doen het nauwelijks. Dat moet anders! 

19 jaar geleden verbleef ik drie maanden in London. Ik maakte daar vandaan de Big Weekly London Hype. Een soort blog avant la lettre zonder de reactiemogelijkheden. Ik berichtte over mijn belevenissen, gaf tips, vertelde ervaringen. Zelf kon ik nog niet publiceren, het was de tijd ruim voor content management systemen. Ik stuurde mijn verhaaltje met foto, gemaakt met de Apple Quicktake wie kent hem nog ;-), en vaak met audiofile naar Hilversum waar Charles Wessels van de afdeling Digitaal van de VPRO de post online zette. Wie nu op zoek gaat naar de Big Weekly London Hype, vindt geen spoor meer. Alsof de site er nooit is geweest.

“Door de geschiedenis te zien, snap je hoe je in het heden bent uitgekomen”

Korte tijd later maakte ik MAZ, een Engelstalig online tijdschrift, prachtig vormgegeven door Mieke Gerritzen. In MAZ probeerden we nieuwe vormen van verhalen te introduceren. Met 3VOOR12 zetten we op dat gebied later mooie nieuwe stappen in het prachtproject Op Weg Naar Stadskanaal. Van beide projecten is geen spoor meer terug te vinden. Weg. Dat is jammer voor mezelf, maar ik denk ook in een groter geheel. De VPRO was een van de pioniers van internet in Nederland. De producten daarvan laten zien hoe we toen dachten en werkten. Door de geschiedenis te zien, snap je hoe je in het heden bent uitgekomen. We laten met zijn allen grote gaten vallen.

Ik kom erop via een discussie die gisteren op Twitter woedde. Ontwikkelaar Gerard van Enk vroeg zich af of de VPRO de site van het mooie crossmediale project In Europa nog ging updaten. Door aanpassingen aan Google Maps werkt een deel van de functionaliteit niet meer. Het antwoord was: nee, helaas. En dus stort daar ook weer een stukje internetgeschiedenis in. Doodzonde. Marleen Stikker (De Waag en grondlegger van De Digitale Stad) mengde zich in de strijd en onderstreepte het belang van bewaren van belangrijke projecten: “Er moet meer aan webarcheologie gedaan worden. We kunnen onze (innovatie) geschiedenis straks niet meer begrijpen.”

“Wat kunnen we wel doen om belangrijke delen van internetgeschiedenis te bewaren?”

Ik noem voorbeelden van de VPRO. Omdat ik die ken. Maar jullie kennen ongetwijfeld allemaal je eigen voorbeelden. je eigen projecten, je eigen favoriete sites die niet meer zijn. Als voormalig hoofd van de afdeling Digitaal ben ik mede verantwoordelijk voor de huidige situatie. Projecten die onder mijn leiding tot stand kwamen zijn er ook niet meer. Waarom niet? Bijvoorbeeld omdat technieken veranderen en functionaliteiten niet meer ondersteund worden. Bijvoorbeeld Op Weg Naar Stadskanaal leunde op Real Video en de SMIL-interactiviteit die daarbinnen mogelijk was. Niemand heeft meer een Real Player. En sinds content management systemen bouw je nieuwe sites op dezelfde inhoud en verdwijnt wat er was. Er zijn nog screenshots, soms maakten we filmpjes van wat we bouwden om het gevoel nog overeind te houden.

Het is doodzonde. Ik weet de oplossing alleen niet. Tom Holkenborg, oftewel Junkie XL, zette vroeger na ieder album de bijbehorende computer in de kast en kocht een nieuwe voor een nieuwe plaat. In een wereld van veranderende formaten en software was dat de enige manier om oude muziek te kunnen laten herleven wanneer nodig voor bijvoorbeeld remixes. Dat is internet-breed geen oplossing. Wat kunnen we wel doen om belangrijke delen van internetgeschiedenis te bewaren? Of misschien wel te herbouwen? Laat het weten in de reacties.

“20 jaar publiek internet is een mooi moment om te beginnen”

Wat we met Fast Moving Targets in ieder geval kunnen is de verhalen ophalen, bundelen en bewaren. Dat zal komend jaar een belangrijk project voor ons worden. We hebben het ‘Deel van een revolutie’ genoemd. Omdat we onderdeel van die belangrijke periode zijn en stuk voor stuk maar een deel van het verhaal kennen. Oftewel: het moet een project worden dat we samen oppakken, in de geest van internet. Hoe en wat, we gaan het uitwerken. Hoe groot we kunnen uitpakken is ook afhankelijk van middelen. Dus wil je als persoon of bedrijf bijdragen, meewerken of sponsoren, mail redactie@fastmovingtargets.nl

20 jaar publiek internet is een goed moment om te beginnen. XS4ALL is 20, de Digitale Stad begon in januari 20 jaar geleden, de VPRO ging september volgend jaar 20 jaar geleden online.

De geschiedenis mag niet door onze vingers wegglippen.

In Top Names blikt Erik Huizer van Surfnet alvast terug in de tijd.