Woensdag 14 januari was een heugelijke dag: Menno Deen promoveerde. Officieel op het onderwerp ‘Games Autonomy Motivation & Education’, wat zoveel betekent dat Deen onderzoek heeft gedaan naar games en motivatie en dan met name op het terrein van leren en bewegen. Kortom: hoe en wanneer kun je een spel inzetten om de motivatie ten aanzien van leren of bewegen positief te beïnvloeden? Volgens Deen is het antwoord op die vraag herstructureren. Wanneer mensen de mogelijkheid krijgen om zelf autonome beslissingen te nemen binnen een spel, dan neemt de motivatie om dat spel te spelen toe. Lees HIER zijn thesis.

“Dingen opleuken, een sausje van spel, een sausje van fantasie over saaie leerstof heen gooien dat heeft geen zin, dat is niet motiverend.” Terwijl dat is wat je veel ziet in het onderwijs. Games waarbij je eerst een opdracht moet vervullen en wanneer je dat hebt gedaan als beloning mag gamen. Dat werkt misschien wel even, maar zorgt niet voor motivatie op de lange termijn. “Ik heb spel gedefinieerd als een herstructureringsproces.” De mogelijkheid om als speler zelf iets nieuws te creëren. “Het enige dat je als ontwerper hoeft te doen is kijken: wat kan ik herstructureren in deze leerstof of in deze boodschap of in deze lastige situatie of deze emotie: waar kan ik bij en waar kan ik iets aan veranderen?  Als je dat hebt ontdekt dan heb je eigenlijk al je spel. En volgens mij kun je dan tal van toffe spellen maken. Dan krijgen we niet meer van die spellen waarbij je eerst een paar rekensommetjes op moet lossen en dan door een deur mag en daar een leuk spel mag spelen en dan weer een rekensommetje moet oplossen, maar dan wordt het rekensommen oplossen een integraal onderdeel van de spelervaring. Dat is volgens mij veel krachtiger en een betere besteding van je tijd.”

“Autonomie is een goeie en duurzame drijfveer. ”

Deen begon zijn schoolloopbaan op de HKU. Daar studeerde hij af op een game over homoseksualiteit. Daarna stroomde hij door naar de Universiteit van Utrecht om een Master of Arts te halen om daarna aan TU Eindhoven zijn promotieonderzoek te starten. Basis van zijn onderzoek is de zogenaamde zelf determinatie theorie.  Die zegt dat je dingen vanuit jezelf onderneemt wanneer je je competent, verwant en autonoom voelt.  Scholen zijn goed in de eerste twee waarden, maar de autonomie blijft achter. “Waar scholen misschien iets minder goed in zijn – en dan met name de media die ze daarvoor gebruiken zoals boeken en films -, is jou een gevoel van autonomie te geven. Games zijn daar juist heel sterk in, dus ik dacht: dat is misschien interessant om naar te kijken: wat betekent autonomie, wat betekent dat in games en wat voor impact heeft dat op motivatie?”

Zo was Deen betrokken bij de ontwikkeling van het spel Checkout, waarbij het draait om taalontwikkeling van Engels. “Mensen werden met z’n vieren in een omgeving gestopt, maar die was niet zo goed ontworpen, want ze raakten elkaar de hele tijd kwijt. Dat was niet per sé de doelstelling, maar het bleek wel het meest leerzame omdat ze in het chatchannel met elkaar gingen praten.” Al doende werd  op praktische wijze, maar niet dwingend, het Engels geoefend en verbeterd. “Dus zodra jij gebruikers de mogelijkheid geeft om zelf hun eigen leerproces in gang te stellen en je creërt de kaders daarvoor, dan maak je een goeie game.” Beloningen, waar op dit moment veel educatieve games mee werken, zijn veel minder effectief. “Beloningen werken op korte termijn heel goed, dat blijkt ook uit onderzoek, maar voor de lange termijn moet je je op wat anders richten en autonomie is daarin in mijn opinie een goeie en duurzame drijfveer.”

“Games zien als een extra additioneel leerinstument”

Voor bewegen gelden in grote lijnen dezelfde principes als voor leren. Ook daar geldt dat een score of beloning maar tijdelijk boeit. Zo bleek tijdens het testen van diverse zwemgames. “Mensen eenmalig activeren is één ding, maar hoe doe je het structureel? Dat weten we ook niet, dus dat gaan we uitzoeken. We hebben nu een subsidieregeling lopen voor zwemgames, want we weten heel goed hoe we mensen kunnen uitnodigen om te bewegen. Daarmee zijn we aan het kijken hoe we dit op voor de lange duur aantrekkelijk kunnen maken“Vast staat dat ook hier de autonomie van de speler belangrijk is. “Die moet de middelen krijgen om zelf  aan de slag te kunnen. Ik hoop dat ontwerpers daar de waarde van inzien. Ik merk aan mijn studenten dat ze daar heel veel mee kunnen, dus dat is fijn. Maar nu nog de echte grote mensen.”

De reacties uit de beroepspraktijk op de inzet van games waren in het recente verleden niet altijd even positief. Al lijkt er sprake van een kanteling. “Je ziet wel dat er de laatste jaren een grote ontwikkeling is en dat er steeds meer docenten ook geïnteresseerd raken in de mogelijkheden. Maar ik denk dat dat geldt voor elke innovatie en elk nieuw medium: dat wordt eerst als verdacht weegezet, het heeft gewoon tijd nodig.” Overigens is Deen zelf geen voorstander van onderwijs dat puur en alleen op games drijft. “Volgens mij moet je games zien als een additioneel leerinstument. Wat boeken heel goed doen is een theoretische leergang ondersteunen en wat games heel goed doen is een wat pragmatischer benadering. Veel meer leren door trial en error, veel meer proberen en uitproberen en op je intuïtie spelen. Dus ik denk niet dat we het hele onderwijs moeten vergamen, je moet games gewoon neerzetten als waardevol leerinstument.”

(Een verslag van @daalder)

De afleveringen van Top Names zijn via Soundcloud en iTunes als podcast beschikbaar dankzij sponsoring van Merchandise.nl.