Harmen van Sprang en Pieter van de Glind, beiden co-founders van ShareNL, merken een stijgende belangstelling voor de zogenoemde deeleconomie. Een wereld waarin burgers niet langer alles zelf kopen, maar regelmatig gebruik maken van diensten waarmee ze onderling zaken kunnen uitwisselen, soms tegen geld en soms voor een tegenprestatie. Zoals bijvoorbeeld auto’s, autoritten, vakantiehuizen, maaltijden en gereedschap. Volgens Van Sprang en Van de Glind staan we nog maar aan het begin: “Ik dat we nu in een kantelperiode zitten”. De wereld waarin we leven gaat veranderen. Nu al geeft 80% van de  Duitsers onder 35 aan meer prijs te stellen op een goede mobiele telefoon dan een eigen auto. Tijd dus om de zaken serieus op de kaart te zetten. Met de overkoepelende organisatie, ShareNL, en een onderzoek waarvoor Van de Glind 1300 Amsterdammers een vragenlijst liet invullen.

“De participerende samenleving”

Op 25 september mogen Van Sprang en Van de Glind in Brussel aanschuiven bij een Europese commissie. Van de Glind: “De aanleiding was mijn onderzoek. Er is nauwelijks data voorhanden over hoe groot het gaat worden, dus ik denk dat ze achtergrondinformatie en getallen wilden hebben: waar hebben we het eigenlijk over? Er is een hele ochtend met een programma waar ook bijvoorbeeld managing director van Airbnb Europa/Afrika spreekt. Heel leuk. Het is een startpunt: wij denken  mee met beleid, want dit is een commissie die advies geeft aan de Europese unie.”

Dat beleid is geen overbodige luxe. Wanneer je kijkt naar een voorbeeld als Airbnb zie je dat de wetgeving achter loopt. Mensen gaan enthousiast hun woning of  kamer verhuren, maar als dat een groot succes blijkt en officiële hotels of buren gaan klagen, komt de gemeente pas in actie. Een verbod lijkt dan de makkelijkste weg, maar is volgens Van Sprang en Van de Glind niet de oplossing. Want het valt niet te stoppen. En zelfs als het kon, moet je dat niet willen. “Het is  natuurlijk fantastisch dat mensen weer ondernemend worden, dat ze zelf waarde creëren en daarmee iedereen die erbij betrokken is blij maken. Want de eigenaar van het appartement wordt blij, die man verdient er iets mee, en als ik zelf iets bij iemand huur word ik ook blij. Het is mooi omdat het  ondernemerschap brengt: micro-ondernemerschap. Dat is een participerende samenleving.”

“Het is voor veel mensen hartstikke eng”

Terug naar ShareNL. Het overkoepelende platform werd eerder dit jaar door Snappcar, Peerby, Toogethr, Thuisafgehaald, FLOOW2 en Konnektid opgericht.   De organisatie richt zich op drie doelgroepen: consumenten, politiek en bedrijven. De doelen lopen uiteen van vertrouwen winnen, werken aan bekendheid tot meedenken met wetgeving en adviseren van bedrijven. “Het is een recente ontwikkeling en we denken dat dit enorm potentieel heeft. Dus daar zullen steeds meer consumenten vragen over hebben. En daarnaast willen we ook het bedrijfsleven en de politiek erbij betrekken en informeren. Dus die drie potentiële doelgroepen willen wij als ShareNL bedienen.”

In eerste instantie valt er ook nog veel angst te overwinnen. “Het is voor veel mensen natuurlijk hartstikke eng, want die kennen hun buren helemaal niet en denken: ik bel wel vrienden wanneer ik samen wil eten. Het is zo nieuw dat het nodig is om vanuit een organisatie als ShareNL  mensen daarmee vertrouwd te maken. En daarmee kom je ook gelijk op een belangrijk thema binnen die deel-economie: zonder vertrouwen ga je geen transacties aan.”

Dat is dus een belangrijke hobbel die genomen moet worden. Een tweede obstakel dat geslecht moet worden is efficiëntie: de sites waarop je diensten vindt, moeten goed werken. En daar schort het soms nog aan. Zo bieden mensen op Snappcar hun auto aan, maar kunnen nog niet exact aangeven wanneer die werkelijk beschikbaar is. Zo kan het gebeuren dat je als gebruiker soms meerdere aanbieders moet benaderen voordat je succes boekt. Dat moet beter. “Wanneer je al de stap neemt om je eigen auto de deur uit te doen, dan moet het lenen van een auto van je buurman net zo makkelijk zijn als het hebben van een eigen auto.” Dankzij techniek wordt dat gelukkig steeds makkelijker.

“Allemaal provider van diensten en spullen”

Opvallende bevinding uit het onderzoek van Van de Glind: het zijn  niet alleen jongeren die warm lopen voor het nieuwe delen. “Er zijn 1300 Amsterdammers die vragenlijsten hebben ingevuld, het merendeel daarvan is 35 jaar en ouder. Eigenlijk is dat de groep waarvan je verwacht dat die niet deelnemen aan de deeleconomie, want ze zeggen altijd: mensen die digitaal opgegroeid zijn kunnen daar makkelijk hun draai in vinden. Uit mijn onderzoek blijkt dat dat ook voor ouderen geldt.  Er blijkt een behoorlijke bereidheid te zijn. Het verschilt een beetje per platform, maar bijvoorbeeld ritten delen daarvan zegt 50% dat ze een rit zouden nemen en 66% zou een rit aanbieden aan iemand uit de buurt.”

Redenen waarom mensen enthousiast zijn lopen uiteen. Voor sommigen is het het geld dat ze ermee verdienen, anderen zijn vooral enthousiast over de sociale component. Een kleine groep noemt het milieu. “Ik geloof ook heel sterk dat het belang van  buurten en de hyperlokale activiteiten weer toenemen. Ik zie dat ook in mijn eigen buurt. Ik woon er nu 11 jaar en ik heb echt het idee dat mensen de laatste jaren makkelijker en meer contact met elkaar maken en elkaar opzoeken.”

Er zijn ook mensen die minder positief zijn. Die zijn bang dat wanneer we allemaal gaan delen, er minder nodig is wat er toe zal leiden dat er minder ontwikkeld en geïnnoveerd gaat worden. Van Sprang: “Er zal in dat geval geïnnoveerd en ontwikkeld moeten worden op de diensten. Dus het verschuift dan gewoon. We worden allemaal een provider van diensten en spullen. Maar het is een kantelmoment: die hyperconsumptie blijft niet op stoom, ik geloof daar niet meer in. Het gaat in de toekomstige economie niet meer om bezit maar om gebruik. Dat zal her en der nog best pijn gaan doen, ook voor grotere bedrijven.”

Bekijk hier alle vijf de afleveringen van Top Names over de deeleconomie. Met naast ShareNL, FLOOW2, Konnektid, Peerby en Toogethr.

(Een verslag van @daalder)

De afleveringen van Top Names zijn via Soundcloud en iTunes als podcast beschikbaar dankzij sponsoring van Merchandise.nl.