Jelmer Evers is docent geschiedenis op het UniC in Utrecht. Het is een vernieuwingsschool waar Evers’ ideeën over ICT in het onderwijs weerklank vinden. Hij maakt z’n leerlingen eigenaar van hun leerproces. Hoe? Hij bespreekt het in Top Names met Erwin Blom en Roeland Stekelenburg.

“Het einddoel van een schoolvak is en blijft voorlopig een toets, maar de weg er naartoe ligt open”

Evers geeft zijn leerlingen vrijheid in het vormgeven van de weg naar een toets toe. ICT helpt hem daarbij, bijvoorbeeld wanneer hij de ‘classroom flipt’: “Ik vertel niet 50 minuten lang klassikaal een verhaal, maar leg 15 minuten daarvan vast in een YouTube-video en geef dat mee als huiswerk. Zo heb ik extra tijd voor m’n leerlingen.”

Evers probeert veel van ICT gebruik te maken, maar vindt dat het onderwijsproces en niet technologie leidend zou moeten zijn. Dat wordt bevestigd door de diversiteit onder Evers’ leerlingen: “Sommige van hen vinden de YouTube-video’s geweldig, maar veel leerlingen kiezen bewust voor het leren van diezelfde stof uit het boek. Ze geven aan dat ze die structuur nodig hebben. Beide middelen zijn goed, zolang ze er maar zelf voor kiezen, want dán zijn ze eigenaar over hun eigen leerproces”, aldus Evers.

“Belemmeringen: onzekere docenten en te strakke regels van het OCW”

Waarom de visie van Evers niet breder toegepast wordt? Volgens hem ligt dat deels aan docenten die het lastig vinden om toe te geven dat ze niet meer op alle vlakken autoriteit zijn. Maar de grootste belemmeringen zijn toch wel schoolbesturen en de regels van OCW. Evers vindt op het UniC gelukkig weerklank voor z’n ideeën over het gebruik van ICT in de klas, maar dat is eerder uitzondering dan regel. Volgens hem de reden waarom veel innovatieve eenlingen het onderwijs verlaten. Dat is zonde, en kan anders: “De goede dingen moeten we zeker houden, maar de randvoorwaarden van het onderwijssysteem moeten nodig op de schop.”

Hoe het onderwijs er volgers Evers dan uit zou zien?
1. De leerling staat centraal en werkt vanuit eigen keuzes;
2. De docent draagt in minder contacturen niet zozeer als autoriteit kennis over, maar stuurt z’n leerlingen in hun leerproces. Daarbij staat hij in beter contact met gelijkgestemden, bijvoorbeeld via Twitter;
3. Scholen zijn op gemeenteniveau met elkaar verbonden in een netwerkstructuur;
3. De overheid heeft zich teruggetrokken en de onderwijsinspectie denkt met scholen mee in plaats van ze op een lijstje in de Trouw te plaatsen.

(Een verslag van Anke Hans)

Bekijk boven de samenvatting van vijf minuten (door Thierry van Remortel) en onder de complete aflevering.