Zes jaar terug zaten Marnix Broer en zijn huidige zakenpartners nog in de collegebanken. Ze studeerden aan de TU in Delft. “Ik vond mijn bachelor niet heel erg leuk, dan zoek je  afleiding. Het idee voor studeersnel.nl werd geopperd en dat was leuk om aan te pakken. Iets zien groeien is mooi”, aldus Broer. Studeersnel.nl was de voorloper van het huidige Studocu:  een platform waar studenten studiemateriaal met elkaar kunnen delen. Daarbij gaat het over samenvattingen, college-aantekeningen, oude tentamens, formule bladen en wat er verder nog nuttig kan zijn voor andere studenten.

Het bedrijf is een succes, vertelt Broer. Het telt op dit moment 680.000 gebruikers, waarvan 400.000 in Nederland. Samen downloadden de studenten tot op heden zo’n 40 miljoen documenten. “Nederland loopt echt goed. Als je een aantal random studenten vraag heb je een account bij ‘studeersnel’, dan zullen ze waarschijnlijk ja zeggen.” Reden om nu ook in het buitenland serieus aan de weg te gaan timmeren. Een investering van 1,35 miljoen euro van Peak Capital moet hierbij helpen. “We kunnen nu nog meer studenten bereiken, nog meer mensen helpen. Dat is het mooiste wat er is: zoveel mogelijk studenten helpen.”

“The winner takes it all ”

De eerste twee jaar kon iedereen gratis gebruik maken van studeersnel.nl. Op dit moment geldt dat nog steeds voor 80% van de content. Voor de overige 20%, die het meest gewild is, moet je als bezoeker wat bijdragen. Dat kan een eigen samenvatting zijn waarna je drie maanden toegang krijgt tot alle content. Nodig je je vrienden uit, dan levert het twee weken onbeperkt toegang op. Of je kunt ervoor kiezen een klein bedrag te betalen. Zo verzekert studeersnel.nl zich niet alleen van voortdurend nieuwe actuele content, maar ook van voldoende geld om winstgevend te kunnen opereren. Dat had zo kunnen blijven als het buitenland zich niet had aangediend. Om de concurrentie voor te blijven is snelheid geboden. Het is een kwestie van ‘the winner takes it all’. Waarbij het begint met voldoende interessante documenten online zien te krijgen. “Je moet documenten hebben, anders komen mensen op een site die leeg is en je moet ook weer mensen hebben die van de site af weten. Welke doe je eerst? Dat is een beetje kip en ei verhaal.”

“Wat wij creëren is dat we contant de nieuwste documenten hebben, omdat mensen iets moeten bijdragen om bij de mooiste of populairste documenten te komen. Nieuwe documenten zorgen voor nieuwe mensen op de site, wat er weer voor zorgt dat je beter wordt gevonden in Google. Die mensen moeten dan ook weer gaan uploaden. Dus je blijft constant up to date. Als je nu als nieuwe toetreder op de markt komt, dan is het heel lastig, want als er een document op staat dat niet snel gebruikt wordt dan heb je ook geen nieuwe aanwas.” Het komt er dus op neer dat degene met de meeste documenten ook het hardste groeit. “Heb je die niet dan blijf je achter. Maar dat geldt niet per land, het is echt per universiteit. Want het is ook niet zo dat als je in Amsterdam goed zit,  je ook Groningen in the pocket hebt. Dat kan totaal anders zijn.”

“Ik denk dat het onderwijs door ons verbetert”

Om de toestroom van nieuwe samenvattingen te verzekeren, is geëxperimenteerd met het inhuren van samenvatters. “Dat was niet het grootste succes tot nu toe. Maar het staat nog wel in de ijskast, we hebben er nog wel betere en grotere plannen voor.” Ondertussen wordt gewerkt aan uitbreiden van het businessmodel. Dat moet wel nuttig zijn voor de gebruikers, want mensen lastig gaan vallen met irritante reclames kan ook zomaar averechts werken. StuDocu biedt op dit moment bijvoorbeeld tentamen trainingen aan. “Wij kunnen studenten mailen: heb je je tentamen gehaald? Super. Had je een goed cijfer, dan kun je ook les geven aan de volgende groep studenten die dat tentamen gaat doen. Studenten die nu juist aan het oefenen zijn kunnen we ook bereiken: vind je het toch moeilijker dan je dacht, dan kun je bij ons een training volgen. Dat kost je dan een paar euro’s maar dan haal je het wel. We geven daar ook een ‘niet gehaald, geld terug’ garantie op. Het is echt helemaal gericht op de student: wij gaan voor kwaliteit en als je het niet haalt dan zijn wij de schuld en krijg je gewoon je geld terug.”

Blijft natuurlijk de vraag of het leren van tentamens door middel van samenvattingen wel echt studeren is. Volgens Broer is het niet te stoppen. “Het ligt niet aan ons, maar aan het onderwijs zelf.” Door de manier van testen werk je het in de hand. En door de technologie gebeurt het nu op grote schaal. “Ik denk toch ook dat het onderwijs door ons verbetert. We zijn ook een soort van controle op het onderwijs, omdat het nu bijvoorbeeld lastig wordt om 2 keer exact hetzelfde tentamen te geven. Wij laten zien: die dingen gaan rond. Mensen maken gewoon even een fotootje op hun tentamen: dat gebeurt gewoon echt.” Studocu zal voorlopig dus nog wel groeien. “We willen elk jaar minstens verdubbelen. Dus  dan zouden we over een jaar op de anderhalf miljoen gebruikers moeten zitten. We zijn dan ook actief in heel veel landen: op zeker 250 universiteiten en dat kan ik elk land zijn.(…) We kijken wel waar het vanzelf al wel een beetje loopt. Dat kun je heel makkelijk testen door wat dingen online te zetten en te kijken wat er via Google binnenkomt. Dan weet je gewoon: daar is blijkbaar veel vraag dus dan kun je daar op inspelen. Dus dat werkt wel, maar je kunt ook de markt een beetje forceren. Uiteindelijk wil elke student sneller en makkelijker studeren.”

(Een verslag van @daalder)

[De afleveringen van Top Names zijn via Soundcloud en iTunes als podcast beschikbaar dankzij sponsoring van Merchandise.]