Toen WizeNoze zo’n vijf jaar gelden van start ging wilde het bedrijf internet geschikt maken voor kinderen. Inmiddels is de doelgroep wat ouder geworden, namelijk leerlingen en studenten, maar het doel is nog hetzelfde. “Het internet is een fantastische mogelijkheid om allerlei informatie te vinden, maar als je die informatie wil gebruiken in een educatieve setting of je wilt er wat van leren, dan zijn de huidige zoekmachines niet geschikt”, aldus founder Diane Janknegt. Leerlingen stuiten op commercie, onbetrouwbare en onbegrijpelijke informatie. WizeNoze biedt sites aan waar ze wel wat mee kunnen, op hun eigen niveau.

WizeNoze heeft een algoritme ontwikkeld dat het leesniveau van een tekst kan koppelen aan het lokale schoolsysteem. “Hier in Nederland kunnen we bijvoorbeeld zeggen: deze tekst is geschikt voor groep 7 of VMBO 2. Dat kunnen we matchen. Het is een 5 punt schaal.  Het cureren van het internet is een nog veel grotere taak.  We gaan op zoek naar betrouwbare websites die relevant zijn in een klas-omgeving . Dan vragen wij aan een hele grote teacherscommunity: klopt het dat deze website inderdaad betrouwbaar is en relevant voor in de klas?” Bij goedkeuring wordt de site in z’n geheel of gedeeltelijk opgenomen in de pagina’s van WizeNoze. “Zo creër je een grote content collectie van miljoenen pagina’s, inmiddels 11,5 miljoen pagina’s van betrouwbare, relevante informatie die je kunt selecteren op jouw eigen leesniveau.”

“Betere aansluiting bij de markt”

WizeNoze ging van start in Nederland, maar is inmiddels ook een begrip in Engeland. De technologie is in staat om ook in andere talen te functioneren. “WizeNoze is één en al artificial intelligence. We gebruiken 3 verschillende technologieën: deep learning, information retrieval en natural language processing. “Middels die technieken zijn zowel het Nederlandse als het Engelse internet in grote lijnen in kaart gebracht. “Wij passen nooit een tekst aan. Aangeven of een tekst geschikt is voor een bepaald niveau is goed te doen, maar het cureren, beoordelen of een tekst betrouwbaar is, dat is monnikenwerk. Daar komt altijd een handmatige check bij kijken. We kunnen de technologie daar nog niet 100% in vertrouwen.” De techniek zoekt sites op die gericht zijn op jongeren. Het beoordelen van de betrouwbaarheid gaat vervolgens handmatig.”Het draait niet om de mening van WizeNoze, wij hebben geen mening, daarom vragen wij het akkoord van docenten en leraren: zijn jullie het ermee eens dat dit een betrouwbare bron is.”

De vraag naar WizeNoze is op dit moment het grootst in het beroepsonderwijs. “Daarbij gaat het om de combinatie lesniveau en betrouwbaarheid. Naarmate je ouder wordt neemt de rol van het internet in het lespakket toe. Alleen laten de capaciteiten van die studenten het echt niet toe om betrouwbare en leesbare informatie te vinden over hun lesstof. Het is bekend dat heel veel studenten die klaar zijn op een ROC en gaan werken, een grote missmatch ondervinden met de vraag van de werkgevers. Die hebben het gevoel dat zij mensen moet bijscholen. Door de juiste bronnen te gaan crawlen en ook te gaan kijken naar wat de grote werkgevers zijn, kunnen wij de laatste informatie van de markt ook gaan toevoegen waardoor studenten een betere aansluiting hebben bij de marktvraag.”

Denk bijvoorbeeld aan automonteurs. Docenten hebben vaak kennis van jaren terug, terwijl de markt zit te wachten op mensen die iets weten van elektrische auto’s. “Tesla heeft daar allerlei educatieve informatie voor gemaakt. Daar zijn we naar op zoek: kunnen we die vinden, dan gaan we die aanbieden.”

“We worden er wel heel goed in”

Door te beoordelen op site-niveau en niet te kijken naar individuele artikelen of filmpjes ontbreekt er ook informatie. Janknegt denkt dat het wel meevalt hoeveel. Leerlingen en docenten kunnen met één druk op de knop ook laten weten wanneer ze wat missen. “We zijn nu 5 jaar bezig en hebben 11 miljoen pagina’s gevonden. Maar ik denk dat als we straks Spaanstalige dingen gaan doen dat we dat in zes maanden hebben staan. We worden er wel heel goed in. Onze tech wordt beter en het proces wordt beter.”

Bij het bedrijf werken inmiddels 18 fulltime krachten. “We hebben kantoren in Amsterdam en London. Van de 18  medewerkers zijn er ongeveer 6 Nederlanders. De rest is internationaal.We hebben inmiddels meer dan 4 miljoen aan investeringsgeld opgehaald.”

Het bedrijf draait nog steeds niet break-even. Dat had wel gekund. “Als ik op 10 man zou  zijn blijven hangen, dan waren we allang break-even, maar het spel is zo snel mogelijk schalen. Dus break-even is heel fijn, maar dat is niet het spel dat ik speel. Met dit soort proposities is het ‘the winner takes it all’. Het gaat niet alleen om de revenue maar ook het bereik wat je hebt met de kinderen en de docenten. Daar krijgen we ook input van.” Voorlopig is Janknegt dus nog niet tevreden. “Het draait allemaal om global impact. Het belangrijkste dat wij doen is door leerlingen toegang te geven tot deze technologie, ze betere resultaten halen. Dat bewijzen we. Daarom ik ben zo gedreven om alle leerlingen wereldwijd toegang te geven tot deze technologie,  omdat dat uiteindelijk echt alleen maar goed is.”

 (Een verslag van @daalder)

De afleveringen van Top Names zijn via Soundcloud en iTunes als podcast beschikbaar dankzij sponsoring van  Merchandise.