Diane Janknegt, zelf moeder van drie kinderen van zes, negen en elfjaar oud, kent de frustratie: een zoektocht naar informatie op internet strandt voor kinderen vaak bij een enorm aantal onbegrijpelijke zoekresultaten. Om van ongewenste resultaten nog maar te zwijgen. Tijd dus voor een oplossing. Die is er nu in de vorm van WizeNoze. “Wij zijn bezig om het internet geschikt te maken voor kinderen. Dat doen we op twee manieren. We bouwen een zoekmachine waarin een kind leeftijd specifieke resultaten krijgt. Daarnaast hebben we technologie waarmee je een volwassen tekst deels geautomatiseerd om kan zetten naar leeftijd specifieke teksten. Hierdoor wordt er aan de bron gewerkt aan betere content voor kinderen. Die goeie content wordt dan weer ontsloten via die zoekmachine.”
Hoewel het internet vol staat met informatie, blijkt in de praktijk maar weinig van die informatie geschikt te zijn voor kinderen. “Sommige partijen hebben wel een onderdeel kids, maar dan is het één tekst voor alle kinderen en iedereen weet dat een kind van zes een hele andere contentbehoefte heeft dan een kind van twaalf of vijftien. Dus als je echt goed het internet afstruint dan is het aantal bronnen met relevante en goede content voor kinderen eigenlijk best beperkt.” WizeNoze heeft op dit moment 150 Nederlandse bronnen geïdentificeerd die geschikt zijn voor kinderen. De techniek kan vervolgens beoordelen voor welke leeftijdscategorie een tekst geschikt is. “Wij classificeren op maat, dus een kind uit groep drie of vier krijgt andere informatie dan oudere kinderen.”
“Het belangrijkste op dit moment is de zoekmachine, want daar zit echt de grootste pijn voor een kind.” Daarbij focust WizeNoze op bronnen waarop informatie staat voor kinderen. “We zijn net gestart en dit is onze eerste beta. De eerste slag die we nu maken is de tekst, maar daar komen snel plaatjes en video’s bij als aparte taps. Er zijn een heleboel bronnen met geschikt videomateriaal. Neem bijvoorbeeld het Jeugdjournaal, die hebben natuurlijk heel veel video’s, dus dat is een bron. YouTube gaat niet in z’n geheel een bron zijn, omdat dat veel te breed is, maar binnen YouTube heb je wel bepaalde channels waarvan wij zeggen dat is een veilig kanaal en dat zullen we gaan ontsluiten.” Het plaatsen van filters is wat Janknegt betreft een achterhaalde techniek. “Wij werken helemaal niet met filters. Noem elk scheldwoord wat je wilt en er komt iets terug. Kinderen vinden het heel vervelend als er geen resultaat is. In onze zoekmachine komen er zeker resultaten maar die zijn wel okay.”
Al naar gelang de zoekvragen van kinderen probeert het team van WizeNoze schrijvers van teksten te bewegen die leeftijdsgeschikt te maken. “Wij nemen een tekst voor een volwassene en daarvan geven wij geautomatiseerd aan waar de tekst niet geschikt is voor een kind in bijvoorbeeld groep zes. Dus we highlighten de issues die wij vinden: zinslengte, opbouw van een zin of een alinea, de lengte van een tekst en welke woorden er gebruikt worden. Zijn die te moeilijk dan volgt automatisch een eenvoudiger synoniem. We hebben allerlei trainingsmateriaal van diverse educatieve uitgeverijen, de partijen die het lesmateriaal voor kinderen maken. Daar worden die algoritmes helemaal op getraind, maar het is inderdaad lastig.” Uiteindelijk is het aan de auteur om de gesuggereerde wijzigingen al dan niet door te voeren. “Het is nog steeds de auteur die een aanpassing doet. Die kan hem dan opnieuw laten classificeren. Daar gaan we wel steeds een stapje verder in, niet alleen highligten maar ook daadwerkelijk suggesties gaan geven hoe een tekst korter gemaakt kan worden.”
WizeNoze heeft 1,75 miljoen euro ontvangen voor de ontwikkeling van hun plannen. Ongeveer de helft daarvan komt van het Minsterie van Economische Zaken, de andere helft van twee particuliere investeerders. Het initiatief is nu nog in beta. Het is de bedoeling dat het initiatief in het nieuwe schooljaar na de zomer voor kinderen toegankelijk zal zijn. Het is de komende jaren uitdrukkelijk niet de bedoeling om een zelfstandige zoeksite a la Google te worden. De technologie wordt beschikbaar gesteld aan scholen, educatieve uitgeverijen en bijvoorbeeld bouwers van digiboards. “Die kunnen de zoektechnologie met hun eigen brand naar het kind in de klas brengen. Het voordeel daarvan is dat je meer flexibiliteit aanbiedt aan degene die de zoekmachine ontsluit. Scholen kunnen zelf bepaalde bronnen uit zetten.” Janknegt praat ook met allerlei hardware partijen. Bijvoorbeeld met tablet bouwer Kurio. Die gaat de zoekmachine technologie van WizeNoze naast die van Google aanbieden op haar apparaten. “Wij bouwen we dit dus als een half fabrikaat waardoor mensen dit zelf kunnen personaliseren zoals ze het willen.”
Blijft de vraag waarom educatieve uitgeverijen zich niet eerder op deze kwestie gestort hebben. Jangknegt heeft wel een verklaring:”Het is echt hele lastige technologie die we aan het maken zijn, dus je hebt wel echt een ongelooflijke focus nodig hebt en een team moet bouwen met goeie experts. Bij WizeNoze zitten op dit moment acht tot tien man waarvan er drie een Phd hebben in die algoritmes: het zoeken en bouwen van deze technologie. Je moet echt een focus en experts hebben wil je die slagen kunnen gaan maken.” Het is de bedoeling dat na het Nederlandse internet ook de rest van de wereld volgt. Zomer 2016 zou de Engelse versie live moeten gaan, waarna andere talen zullen volgen. Maar als het aan Janknegt ligt, blijft het daar niet bij. “Wij staan echt aan de vooravond van wat wij allemaal kunnen. Onze zoekmachine is nu een versie 1.0 en we hebben nog een heleboel ideeën. Uiteindelijk is mijn droom om informatie gepersonaliseerd te krijgen. Kindje A die heel erg veel van dinosaurussen weet die moet gewoon meer informatie krijgen over dino’s dan kindje B dat alles over prinsessen weet.”
(Een verslag van @daalder)
De afleveringen van Top Names zijn via Soundcloud en iTunes als podcast beschikbaar dankzij sponsoring van Merchandise.nl.