Het idee van de Witkar was meer dan 50 jaar geleden zijn tijd ver vooruit. De elektrische driewieler stond op zijn hoogtepunt op vijf verschillende locaties in Amsterdam. Leden konden het voertuig gebruiken tegen een tarief van 10 cent per minuut. De ritten werden vrijgegeven en geregistreerd via een computer. Het wagentje had een bereik van maximaal tien kilometer. In het laadstation werd het voertuig in zeven minuten opgeladen tot 80% van zijn vermogen. Toch werd het geen succes.

“Het is mislukt doordat we slechts 5 en niet de 15 benodigde stations kregen van waaruit we de hele stad wilden bestrijken. Alleen door veel stations krijg je veel gebruik. Het heeft niet de kans gekregen die het verdiende. Dat was een grote frustratie”, aldus bedenker Luud Schimmelpennink.

Hij bedacht anvankelijk het witte fietsenplan. Daar zag de gemeente niks in. “De fiets was passé, vond men.” Maar industrieel ontwerper Schimmelpennink liet zich niet zomaar uit het veld slaan. “De gemeente verwierp het fietsensysteem, maar ik zei: jullie snappen het niet. Met het fietsenplan hoef je nooit te wachten, anders dan op het openbaar vervoer. Je hoeft nooit over te stappen. Toen ze de fiets verwierpen zeiden wij: we kunnen ook een elektrisch autootje maken. Daar zagen ze wel wat in. Dus heb ik een elektrisch autootje gemaakt.”

“Er hoeft geen winst gemaakt te worden”

Inmiddels is de elektrische auto gemeengoed in de stad. Het deelconcept Car2Go maakt ook gebruik van elektrische auto’s. Toch meent Schimmelpennink dat er opnieuw plek is voor zijn Witkar. “Car2Go is ook elektrisch, dat is een overeenkomst, maar het verschil is dat zij geen netwerk hebben. Ze werken met zogenoemde free floating-principe. Je kunt die dingen overal achterlaten, dat is niet handig. Je kunt beter een netwerk hebben, dat kun je beter beheren. Dan zijn ze ook beter vindbaar. Als ze overal maar lukraak geparkeerd worden, hebben ze veel minder uitstraling. Ik heb dat ook gezien bij fietssystemen die men free floating doet. Dat levert meestal maar de helft van gebruik op ten opzichte van fietsen in een netwerk.”

De organisatie achter de nieuwe Witkar zou een coöperatie moeten worden. “Het systeem is eigenlijk precies hetzelfde als dat we indertijd  bedacht hadden. Wij willen niet naar een business-systeem, maar naar een coöperatie van gebruikers. Die zijn de baas en benoemen het bestuur. Het bestuur legt verantwoording af aan de ledenvergadering. Er hoeft geen winst gemaakt te worden, dus we kiezen een tarief dat uitkomt. Zo worden de mensen optimaal betrokken. Ik verwacht dat we in de toekomst toe kunnen koersen op een autovrije stad. We hadden indertijd 4500 leden, maar ik denk dat we nu wel naar 50.000 leden kunnen gaan. We moeten de medewerking van de gemeente hebben, we hebben namelijk stations nodig, voorderest is het niet zo’n probleem.”

“Een goede gastheer ”

Witkar heeft de wind mee. In de huidige coalitie, die dit jaar gekozen werd, speelt Groen Links een belangrijke rol. “Groen Links heeft de verkiezingen gewonnen met een anti auto programma, daar past het mooi in.” De grote elektrische auto ziet Schimmelpennink niet als concurrent. Die moeten wat hem betreft ook de stad uit. Kleine elektrische voertuigen zouden de toekomst hebben in de binnenstad. “Dan heb je een veilige en een schone stad. Ik verwacht dat we binnen een jaar gaan starten met de coöperatie. Het is tegenwoordig ook veel makkelijker met internet. We hoeven geen stencils meer te maken.”

Op de stations zou je niet alleen een Witkar moeten kunnen huren, maar ook een witte fiets. De plannen blijven wat betreft Schimmelpennink niet tot Amsterdam beperkt. “Mijn ambitie gaat verder dan alleen Amsterdam. Als er nu 2 miljoen deelfietsen in de wereld rondrijden, met in Parijs alleen al 20.000 fietsen. Waarom zou daar dan niet ook ruimte zijn voor het elektrische autootje?”

Amsterdam zou wel het voortouw moeten nemen. “Ik denk dat we in Amsterdam 5.000 tot 10.000 wagentjes nodig hebben. De 40% autobezitters die hun auto minder dan één keer per week gebruiken moeten die auto makkelijk kunnen opgeven. Ik zou willen dat de gemeente daar geld in gaat steken: dat iemand die zijn vergunning inlevert daar geld voor krijgt. Nu bouwt de gemeente parkeergarages waar een plek 80.000 euro kost. Geef in plaats daarvan 10.000 euro aan iemand die zijn auto weg doet. Dan zou je in de stad met kleine voertuigen en fietsen uit de voeten kunnen. Met transferia aan de rand van de stad waar je kunt overstappen op een klein autootje. Dan blijven de auto’s buiten de stad staan voor slechts 1 euro parkeerkosten. Dan ben je als stad een goede gastheer.”

(Een verslag van @daalder)

De afleveringen van Top Names zijn via Soundcloud en iTunes als podcast beschikbaar dankzij sponsoring van  Merchandise.