Veel bedrijven produceren afvalstoffen. Om daar vanaf te komen moeten ze betalen. Maar vaak kunnen die afvalstoffen nog heel goed voor allerlei dingen gebruikt worden. Zo kan uit koffiedrab bioplastic gemaakt worden. De vezels en inkt kunnen eruit gehaald worden en vervolgens kun je er ook nog eens champignons op laten groeien. In plaats van dat je als bedrijf moet betalen voor de afvoer van afval kun je dus feitelijk geld verdienen. Excess Materials Exchange maakt het mogelijk. “Wij omschrijven onszelf als een datingsite voor materialen. Wij matchen vraag en aanbod van materialen. En dan met name de meest hoogwaardige hergebruik optie”, aldus founder Maayke Damen.

Om die match te kunnen maken is het belangrijk om te weten hoe materiaalstromen bij bedrijven eruit zien. Wat gaat erin en wat komt eruit. Dat is lastiger dan gedacht. “Bedrijven hebben geen inzicht op detailniveau welke materialen er door hun organisatie gaan. Dus toen heb ik het grondstoffenpaspoort bedacht en dat is een manier om materialen een identiteit te geven. Om dat in te vullen kost best wel wat tijd, dus er moest eigenlijk een businessmodel achter zitten. Zodoende ben ik mijn co-founder tegengekomen en zo hebben we samen Excess Materials Exchange bedacht. We hebben de visie dat materialen op allerlei momenten in de keten nog waardevol zijn. Maar op dit moment worden die secundaire materialen niet uitgewisseld op grote schaal en er zijn heel veel redenen waarom dat niet zo is. Daar hebben we goed naar gekeken en daar proberen we op in te spelen.”

“Processen binnen organisaties duren lang”

Eén van de obstakels: hergebruik vindt vaak niet in dezelfde sector plaats. “Van koffiedrab ga je niet nog een keer koffie zetten of uitgeperste sinaasappels kun je niet nog een keer persen. Heel vaak bevinden toepassingen zich in andere sectoren. Onze focus ligt op het ontsluiten daarvan.”

Dat ontsluiten kan pas wanneer duidelijk is welke grondstoffen er bij een bedrijf ingaan en wat er weer uitkomt. “Wat ons echt onderscheidt is dat we actief matches maken. Bedrijven willen gewoon ontzorgd worden. Daarnaast is afval al afgeschreven. Dus als we daar niet actief bij helpen, dan gebeurt er weinig. We werken met materiaal experts. Mensen die veel weten over de chemische eigenschappen van materialen. Dan gaan we daar out of the box over nadenken: wat zou je hier nog meer mee kunnen?”

Voordat een match echt tot stand komt, moeten nog veel meer vragen worden beantwoord. “Kan dit? Mag dit? Kan het wel worden opgehaald? Mag het wel volgens de wetgeving op die manier vervoerd worden? Er zijn ontzettend veel dingen waar je tegenaan loopt. We hebben nu klanten die betalen voor het invullen van het grondstoffenpaspoort en het maken van de match. Dat is een vaste prijs. Als uiteindelijk de marktplaats groot genoeg en goed gevuld is, dan hopen we toe te gaan naar een transaction fee.” Naar verwachting zal dat nog wel een aantal jaren duren. “Processen binnen organisaties duren lang. De processen zijn nu niet ingericht om op deze manier met materiaalstromen om te gaan. Ik zie wel dat bedrijven sprongen maken en ik geloof wel in exponentiële trends, maar ik verwacht wel dat het nog zeker 3 tot 5 jaar duurt voordat dit ingebed is bij bedrijven en organisaties.”

“Solide businesscase”

Bedrijven doen nog niet vaak uit volle overtuiging mee.”Er is altijd een beetje gebrek aan urgentie geweest en dat is nog steeds het geval. Het is heel makkelijk om je afval in een container te gooien en af te laten voeren. Het is toch al afgeschreven, het is uit de boeken, dus who cares? Maar als dat opeens niet meer gaat, wat moet je er dan mee? Dan zijn de opties beperkt en dan wordt het opeens wel interessant om naar andere mogelijkheden te gaan kijken. Daarom is het belangrijk om alternatieven op de kaart te zetten.” Maar eerst is nog meer onderzoek nodig. “Ik denk dat wetgeving wel een interessant veld is om te verkennen. Zeker met de officiële afvaldefinitie en het feit dat als je je wilt ontdoen van een materiaal dat je dan automatisch in de afvalwetgeving terecht komt. Er zit een zwart gat tussen productwetgeving en afvalwetgeving. Mensen weten niet zo goed wat daar gebeurt. Ik denk dat daar een slag gemaakt kan worden. Bedrijven zijn nu ook niet verplicht om inzicht te hebben in de materialen die specifiek door hun organisatie gaan. Ik vind dat er gewoon een grondstoffen boekhouding voor zou moeten zijn . Dat zou ons helpen om de urgentie duidelijk te maken.”

Excess Materials Exchange hoopt een schaalbaar bedrijf te worden. “We ontwikkelen de tech zo dat het in principe in alle landen op dezelfde manier kan worden toegepast. Het format van het paspoort bepaalt het proces van matchmaking. Dat kun je op dezelfde manier doorlopen, het maakt niet uit of je in Frankrijk of in China zit of hier zit.”

Het bedrijf bestaat op dit moment uit elf mensen. De helft is het tech team en de andere helft doet de analyses.  Het klimaat voor verandering is goed. Mensen maken zich zorgen om het milieu. “Ik zou zo graag willen dat bedrijven vanuit een overtuiging hun verantwoordelijkheid nemen, maar uiteindelijk blijkt geld vooral de drijfveer. Gelukkig hebben we nu in de pilot 18 materiaalstromen bekeken, dat ging om  70.000 ton, in totaal 7 Eiffeltorens. Daar hebben we 64 miljoen aan potentiële additionele inkomsten mee gegenereerd. Dat is echt een heleboel. Dus die businesscase is echt wel solide. Veel bedrijven betalen nu om van hun afvalstromen af te komen en als ze dat kunnen ombuigen naar inkomsten dan is dat heel aantrekkelijk.”

(Een verslag van @daalder)

De afleveringen van Top Names zijn via Soundcloud en iTunes als podcast beschikbaar dankzij sponsoring van  Merchandise.