Een nacht verstoord door muggen leverde een goed idee op: waarom geen drones inzetten om insecten te bestrijden. Zo gezegd, zo gedaan. “Dat was de basis. Op een gegeven moment kwamen we erachter dat er sectoren zijn waar insectenbestrijding erg belangrijk is. Dat zijn we gaan valideren en zo kwamen we bij de tuinbouw”, aldus Bram Tijmons, CEO en co-founder van PATS indoor drone solutions. In de glastuinbouw is gewasbescherming en plaagbestrijding een grote uitdaging. Het gebruik van insecticiden moet omlaag, maar de insecten moeten bestreden worden.

“Wij richten ons met name op motten. Die kunnen een probleem vormen in de kassen. Ons systeem is volledig autonoom. Dat is wat we toe willen voegen aan de kwekers: een volledig autonome oplossing voor plaag-bestrijding. De drone zelf die ziet niks, die volgt alleen de commando’s. Wij hangen in een kas een camerasysteem op dat boven en tussen het gewas observeert. De camera kijkt: waar vliegt dat insect en geeft dat door aan de drone die er dan als een razende op af vliegt. Dan bewerkstelligt hij een botsing in de lucht en dan pats.”

“Iets unieks aan het ontwikkelen”

Het klinkt eenvoudig, maar de praktijk is complex. De drone moet heel licht en daardoor snel en wendbaar zijn. Het camerasysteem en de bijbehorende software moeten robuust zijn. “Een kas is best een uitdagende omgeving. De luchtvochtigheid is groot. Er worden chemicaliën gebruikt. De ene keer wordt er vanaf boven beregend en dan weer op een andere manier, er is heel veel vuil. Dat zijn een aantal uitdagingen. Als die drone maar een half jaar meegaat, dan is dat geen probleem , want dat zijn de kosten niet.”

Maar er is meer. Je wilt ook niet dat de drone alle insecten in de kas vernietigt. Sommige soorten kunnen heel nuttig zijn. “We richten ons op motten, dat zijn nachtvlinders, daarmee maken we het onszelf wat makkelijker. Hierdoor kunnen we redelijk zeker zeggen: wat er nu voorbij vliegt is een motje.” In de nabije toekomst moet de software onderscheid kunnen gaan maken tussen verschillende insecten.

Per hectare worden 10 camerasystemen opgehangen. “Een systeem bestaat uit 10 drones, 10 platformpjes waar die kan opladen en 10 kastjes waar alle intelligentie en aansturing en verwerking inzit. Die kastjes zijn het duurste onderdeel. Daar zit een camera en een computer in. De camera bepaalt de 3D coordinaten van de drone en dat kun je gebruiken. Het systeem geeft de commando’s. De drone heeft wel wat sensoren, maar die weet niet precies waar die naartoe gaat. Hij volgt commando’s: omhoog, omlaag, links en rechts en dat zo snel mogelijk. We hebben al wel wat blaadjes van gewassen versnipperd, maar dat hoor bij de ontwikkeling. Het is niet direct perfect. We zijn iets unieks aan het ontwikkelen.”

“Het kan echt ontzettend snel uit de hand lopen ”

Op dit moment zit PATS nog in de testfase, maar werkt ook al samen met zogenaamde launching customers. Het is de bedoeling dat aan het eind van dit jaar 10 hectare kas beschermd zal worden tegen motten plagen. “Dat is de scherpe ambitie waar we op hebben ingezet. Dat zou betekenen dat we 100 systemen hebben draaien die gewasbescherming uitvoeren. We spelen nog met het businessmodel, maar waar we uiteindelijk naartoe willen is een servicemodel: een abonnement.  Op dit moment rekenen we een servicefee van 10.000 euro per hectare per jaar en daarvoor krijgen de afnemers installatie, onderhoud, spare parts als de drone stuk gaat en natuurlijk de informatie: wat zag je vliegen en wat hebben we gedaan om de populatie te reduceren.”

De Nederlandse markt wordt door PATS beraamd op 50 miljoen euro per jaar. “Dan kijken we naar inkomstenderving van kwekers door gewasbeschadiging. Wat geven ze uit aan bestrijding en wat kost de arbeid die je daaraan kwijt bent.” PATS heeft de wind in de rug. Het terugdringen van insecticiden zorgt niet dat insecten vanzelf verdwijnen. “Ze zitten met de handen in het haar: wat kan ik volgend jaar nog doen? En daarna? Het kan echt ontzettend snel uit de hand lopen. Eén motje kan al snel honderden tot duizend eitjes leggen in 1 cyclus, dat betekent 1000 rupsen, dan ben je zo een hoop planten kwijt.”

Ondertussen denkt PATS al na over nieuwe toepassingen. “De bestuiving bijvoorbeeld en beelden schieten van gewassen om oogstvoorspellingen te doen.  In een tomatenkas moet je echt tussen het gewas door vliegen om de trossen goed te kunnen inspecteren.  We waren nog nooit in een kas geweest, maar toen we eenmaal binnen waren zagen we wel dat er mooie dingen worden gedaan. Het is echt een high tech omgeving. Het is een hele mooie wereld.”

(Een verslag van @daalder)

De afleveringen van Top Names zijn via Soundcloud en iTunes als podcast beschikbaar.

Vind je het waardevol wat we doen? Steun ons door FMT Member te worden!