Het komt niet vaak voor dat een bedrijf zo snel groeit als het Nederlandse GitLab. Vijf jaar terug waren er nog 30 medewerkers, inmiddels zijn het er 1300. Die 1300 mensen werken allemaal remote, vanuit hun eigen huis of co-working space. GitLab is een compleet platform voor developers. “Het is één applicatie waarmee je software kunt ontwikkelen. Dat gaat van plannen van wat je gaat maken tot versiebeheer, testen, beveiligen, uitrollen  en monitoren”, aldus co-fouder en CEO Sytse Sijbrandij. 

“Om software te bouwen heb je een heleboel verschillende mensen en processen nodig. Je hebt ontwikkelaars die moeten samenwerken, maar ook mensen die voor de beveiliging or operations zorgen. Om dat allemaal te faciliteren gebruiken sommige bedrijven 20 of 30 verschillende applicaties. Als je dan een wijziging wilt doorvoeren is dat ingewikkeld. Je moet je dan door 30 verschillende apps heen worstelen. Soms bouwen bedrijven daar zelf een platform voor, maar het is lastig bij te houden. GitLab is een goed alternatief . In plaats van 30 verschillende applicaties met iets daar bovenop, heb je nu één applicatie. Wij voegen alle veranderingen toe. Dat doen wij niet alleen als commerciële organisatie, maar elke maand worden 200 verbeteringen door onze klanten toegevoegd . Dus je zou kunnen zeggen dat de hele wereld het samen beter maakt. ”

“Waar vraag je geld voor?”

GitLab is dus niet alleen een remote bedrijf, maar werkt ook open source. Mede hierdoor was het lastig te bepalen waarvoor geld gevraagd kon worden. Dat werd een zoektocht van een paar jaar. Geld vragen voor speciale features werkte niet. Een donatiemodel leverde te weinig geld op. Ook werd overwogen om geld te vragen voor support. “Dat klinkt mooi, maar als je product heel goed is dan is support niet nodig. Het wordt dan heel verleidelijk om niet alles op te lossen en niet alles goed te documenteren. Op een gegeven moment bedachten we: het hangt af van de koper. Een leidinggevende wil duidelijk overzicht en dat zijn dingen waar wij geld voor kunnen vragen. Het is ook iets wat mensen kunnen begrijpen.”

GitLab steekt als bedrijf veel tijd in het delen van hun ervaringen met remote werken.”Met een devops platform krijg je niet heel veel publiciteit dus je moet het een beetje hebben van de dingen die er omheen gebeuren. Zo zijn we steeds meer gaan publiceren over remote werken.” Zeker nu niet iedereen binnen het bedrijf meer in dezelfde tijdszone werkt vergt het een goede aanpak. “Als je niet langer allemaal in dezelfde tijdzone zit is het belangrijk dat je asynchroon gaat communiceren. Dat houdt heel vaak in: schrijf het op of neem het op op video. Alle processen binnen GitLab staan in een handboek en als je iets wilt wijzigen dan verandert je het in het handboek en laat iedereen zien hoe je dat hebt gedaan. Dat is de communicatie van de verandering. Dus elke verandering is traceerbaar en zichtbaar voor iedereen.”

“Formele organisatie van informele contacten ”

Remote werken vergt ook een goede organisatie van de informele contacten. Het hele bedrijf komt één keer per jaar met z’n allen bij elkaar ergens op de wereld, maar verder werkt iedereen vanuit huis. Dat roept om een structuur. Zo spreken de teams één keer in de week af om samen online te hangen en het dan niet over werk te hebben. “We hebben ook koffie-chats. Dat kan over werk gaan, maar hoeft niet. En interesse groepen. Daarin zoeken mensen elkaar op. Denk bijvoorbeeld aan medewerkers met kinderen. Daarnaast bestaan de zogenaamde breakout sessies: dan wordt je 5 minuten gekoppeld aan een willekeurig iemand. Dus we hebben een formele organisatie voor het informele contact. Die staan allemaal in het boek en ook op onze website.” Het boek is inmiddels 50.000 keer gedownload.

Naast dat teams remote werken zijn ze ook in hoge mate zelfsturend. De mensen die het werk moeten doen mogen zelf beslissingen nemen. Iedereen binnen het bedrijf heeft één manager. Dat is iemand die altijd inhoudelijk snapt wat je doet. Problemen moeten zoveel mogelijk onderling worden geregeld. “Ik krijg de situaties waarbij partijen er niet uitkomen op mijn bord. Dat is gelukkig niet vaak. We werken met begrip en empathie en dat de doelen zo gesteld zijn dat er weinig conflicten zijn. We overleggen ook elk kwartaal met de executive team om vooruit te kijken naar de onderwerpen die er spelen.” Het werkt in ieder geval goed voor het bedrijf. Sijbrandij droomt al van een beursgang. “We zijn de 100 miljoen dollar omzet gepasseerd, daarmee mogen we naar de beurs. Dat zullen we op een gegeven moment ook wel gaan doen. Maar vooralsnog is het een beter product maken, klanten te woord staan, zo snel mogelijk groeien.”

(Een verslag van @daalder)

De afleveringen van Top Names zijn via Soundcloud en iTunes als podcast beschikbaar.

Vind je het waardevol wat we doen? Steun ons door FMT Member te worden!