Het is nog niet zo gek lang geleden dat iemand die geld wilde verdienen met een nieuwsplatform, precies wist wat ‘m te doen stond. Regel een drukpers en een distributieapparaat, neem een zwik journalisten aan, overtuig voldoende adverteerders van je goede bedoelingen en hoppa, gáán met die banaan. En wilde je geen krant of tijdschrift maken maar liever tv of radio, dan kon je dat drukken en verspreiden altijd nog vervangen door een productieapparaat en een zendinstallatie.

Makkelijk was dat – in beide gevallen – trouwens niet, want hoe je het ook wilde doen, er waren enorme investeringen nodig; en voor broadcasting ook nog eens ingewikkelde licenties. Het was de tijd dat de productiemiddelen, de distributie en alle techniek eromheen in handen van een selecte groep welgestelde monopolisten lag. Een tijd waarin ondernemers afhankelijk waren van deze monopolisten om hun boodschap in de vorm van een advertentie verspreid te krijgen en waarin het publiek nergens anders dan hier terecht kon voor de dagelijkse dosis actuele informatie.

Het was niet zo gek dat de journalisten in deze tijd dachten dat ze het monopolie op informatie bezaten. Dat was natuurlijk feitelijk niet zo, maar omdat zij onderdeel waren van het publicatieproces (en het grote publiek niet) leek het daar wel op.

“ Het speelveld is aan flarden gescheurd ”

Hoe anders is dat nu. Alle monopolies zijn weg, nieuwe spelers hebben het oude speelveld aan flarden gescheurd en de traditionele uitgevers doen verwoede pogingen het hoofd boven water te houden. Als nieuwsleverancier zijn ze ingehaald door nieuwe concurrenten en het zelf publicerende publiek. En als platform voor adverteerders hebben ze evenmin iets overgehouden van hun onmisbaarheid.

Kortom: nieuws is niet langer de vanzelfsprekende “drager” voor commercieel succes in media. Integendeel. Maar wat dan? Wat is er anno 2014 wél nodig om een journalistiek platform succesvol te exploiteren? Uit welke essentiële onderdelen bestaat een organisatie die zich hierop richt?

“ Hoe maken we Journalia succesvol? ”

Tijd voor een gezamenlijke brainstorm. Voor het gemak (en de scherpte) van de discussie gaan we er even van uit dat dit journalistieke platform – we noemen het Journalia – zich richt op de Nederlandse burger en tot doel heeft betrouwbare actuele informatie (het nieuws en de duiding daarvan, achtergronden) te leveren. Maar voor de rest staat alles open. Is het een breed platform of juist heel niche? Is het entertainend of verdiepend? Richt het zich op één specifiek device of is dat niet belangrijk? Hoe houd je de kosten binnen de perken? En vanzelfsprekend: hoe verdienen we er geld mee?

Eerst maar even een polletje over de wijze van financiering. Er zijn natuurlijk talloze manieren om de operatie van een journalistiek bedrijf te bekostigen. Welke levert de grootste kans op succes? POLL

“ De eerste 5 vereisten voor Journalia ”

Maar succes hangt, zoals Michiel Buitelaar vorige week op deze plek al aangaf, niet alleen af van het businessmodel. Als voorzet alvast mijn 5 eerste vereisten. Aanvulling (of correcties) zijn welkom – liefst in maximaal 50 woorden per aangedragen idee. Ben dus kernachtig, de uitwerking komt later.

  1. ONLINE – Online werken, vergaren, verwerken, publiceren is de basis in en van de activiteiten van Journalia; alle andere door ons publiek gewenste platforms/devices verdienen zorg maar zijn een afgeleide van online.

  2. BUSINESS – Journalia kan zich niet richten op één verdienmodel, maar moet op zoek naar een reeks van (kleine en grotere) omzetbrengers. Om die reden kan niet het hele proces gericht zijn op het produceren van content (artikelen, video’s, etc), maar veel meer op het verlenen van specifieke diensten.

  3. INNOVATIE – Constante vernieuwing is een essentieel onderdeel van Journalia. Innovatie is daarmee minstens zo belangrijk als redactie en commercie; het richt zich op journalistieke processen, verdienmodellen en de platforms zelf.

  4. INTERACTIE – Het publiek en de klanten van Journalia weten oneindig veel meer dan wijzelf. Hoe beter Journalia haar publiek begrijpt, hoe meer zij haar publiek activeert en faciliteert, des te beter Journalia wordt.

  5. DATA – Data zijn een goudmijn: over de doelgroep, de eigen prestaties, de klanten, maar zeker ook over relevante maatschappelijke ontwikkelingen. Het ontsluiten van data is daarmee een doel op zich; de mate waarin Journalia hierin slaagt, bepaalt het succes.

Tot zover de voorzet; ik ben benieuwd of we als Fast Moving Crowd in staat zijn uiteindelijk een pakket must haves voor Journalia te bepalen.

Om het vervolgens gewoon samen te gaan bouwen natuurlijk 🙂