Marietje Schaake is Europarlementariër voor D66 in het Europees Parlement. Ze houdt zich bezig met het buitenlandbeleid, het handelsbeleid en de digitale agenda. Volgens haar is er steeds meer overlap op deze beleidsterreinen en over de consequenties daarvan wil ze het hebben in deze Fast Moving Targets Essential.

Schaake heeft de leiding in het onderzoek naar het buitenlandbeleid van de Europese Unie en welke rol ICT daarin speelt. “Er moet een nieuwe strategie komen want het heeft steeds meer impact op de levens mensen in Europa en daarbuiten. Daarnaast loopt het beleid achter”, zo vervolgt ze. “Mensen in Tunesië, Iran, China, Syrië en nog veel meer landen gaan hun mensenrechten via technologie opeisen. Ze hebben toegang tot informatie en kunnen zich vrijer organiseren, maar ook mensenrechtenschendingen documenteren en delen via mobieltjes, sociale media en internet. Maar er is ook een keerzijde aan dit verhaal”, zo legt de Europarlementariër uit.

“Overheden in dictaturen of landen waar de overheden een monopolie hadden op de macht willen die informatiestromen in eigen hand houden. Die regimes en staatsbedrijven gebruiken technologie op een steeds verfijndere en betere manier om mensen in de gaten te houden.” Ze vervolgt: “Het regime van Ben Ali in Tunesië was daar wereldberoemd om. Het had een verregaand begrip hoe je surveillance systemen, monitoring en het opsporen van mensen via technologie kon laten verlopen.” Ze geeft andere voorbeelden: “In Egypte vonden activisten uitdraaien van mobiele- en Skype-gesprekken toen ze een politiebureau openbraken en in Iran worden bijvoorbeeld uitdraaien van GPS signalen gebruikt om mensen uit elkaar te drijven als ze zien dat er meer dan 10 mensen op een straathoek staan”, zo somt ze op. Er is dus een algemene aanwezigheid van technologie om die mensen te onderdrukken zo concludeert Schaake.

“Nu lijkt dat misschien een andere wereld, landen als Iran, Syrië en Egypte, maar dat is niet zo”, aldus de Europarlementariër. “In mijn onderzoek naar de situatie in die landen is juist gebleken dat westerse bedrijven de technologische systemen leveren aan dat soort regimes om mensen te onderdrukken. Dit is onacceptabel,” zo benadrukt ze. “We worden als EU soms gezien als bureaucratisch en helaas is dat soms ook terecht. We hebben regelgeving op het gebied van bijvoorbeeld voedsel en speelgoed, maar voor de export van dit soort technologische systemen is er nog geen beleid en regelgeving en dat is verwonderlijk.”

Schaake vervolgt: “Het is vreemd als de EU concludeert dat een land geen rechtstaat heeft en tegelijkertijd ‘lawful interception’ apparatuur exporteert naar diezelfde landen.” Ze concludeert: “Al met al zie je dat we op beleidsniveau en politiek niveau achterlopen op de snelheid van technologische ontwikkelingen zeker als het gaat om de impact op mensenrechten en als we een geloofwaardig mensenrechten- en exportbeleid willen dan moeten we daar wat aan doen.” Maar hoe wil ze dat dan gaan doen? “Ik ben vooral naar de exportstromen aan het kijken en we zullen via specifieke wetgeving op het gebied van export gaan zorgen voor meer transparantie.”

Maar we moeten ook kritisch kijken naar ons eigen beleid zo legt ze uit. “We staan in Europa toe dat ISP’s (internet service providers) het internetverkeer gaan monitoren omwille van de inbreuk op het auteursrecht. Het is dan veel moeilijker om een land aan te spreken wat dat standaard doet om mensenrechtenactivisten te vervolgen.” Ze vervolgt: “De geloofwaardigheid van Europa hangt nauw samen met hoe we zelf met dit soort beslissingen omgaan. Het is een verbonden wereld en hoe we het hier doen heeft niet alleen betrekking op onze eigen burgers. Als wij technologieën ontwikkelen en exporteren die louter bedoeld zijn om mensen op te sporen en die in handen laten komen van regimes dan hebben we een ongeloofwaardig beleid en daar moet een einde aan komen.”